Ceylon (Sri Lanka) was een belangrijk handelsdoel voor Holland in de gouden eeuw. De bast van op Ceylon groeiende bomen (Cinnamomum) werd gedroogd als stengels (cane) naar Holland gevoerd. De VOC had een monopolie positie in de kaneelhandel, maar haalde hier onder meer ook parels, noten en zelfs olifanten vandaan. De Ceylon-kaneel werd het grootschaligst verhandeld en in allerlei gerechten verwerkt. Ook als likeur heeft het veel toepassingen: als begeleiding van, of in koffie en thee. In nagerechten, over ijs, cake of appelgebak.

Een likeur van gemaakt uit de extracten van Ceylon kaneel.