Jenever, typisch Hollands
Jenever, smaakt het net zo oubollig als dat het klinkt? Afgelopen jaren hebben meerdere labels hun best gedaan om het drankje weer wat hipper te maken en te promoten als ingrediënt voor cocktails. Maar wat is jenever nou eigenlijk precies?
Hoe wordt jenever gemaakt?
Allereerst is het belangrijk om te weten dat de grondstof die je kiest om alcohol uit te destilleren, bepalend is voor de drank die je krijgt. Producten waar suiker in zit, kun je gebruiken om te laten vergisten. Tijdens dit proces ontstaat alcohol welke je door destillatie kunt onttrekken. Ook graanproducten worden hiervoor gebruikt. Het zetmeel wat hierin zit wordt dan eerst omgezet in suiker en vervolgens in alcohol. Cognac wordt gemaakt op basis van suikers uit druiven, calvados op basis van suikers uit appel en kirsch op basis van suikers uit kersen. Voor jenever wordt het zetmeel uit graankorrels gebruikt en dat doen ze ook voor whisky.
Het basisbestanddeel voor jenever en whisky is moutwijn. Voor jenever geldt dat ze deze moutwijn met een mengsel van vooral jeneverbessen en andere kruiden op smaak brengen en voor whisky geldt dat ze de moutwijn minstens drie jaar op houten vaten laten lageren. De moutwijn die ze voor whisky gebruiken is alleen van gerst gemaakt.
Moutwijn voor jenever maak je van gerst, rogge en mais. De gerst wordt in de branderij tot mout verwerkt, waardoor enzymen vrijkomen die zetmeel in suikers omzetten. De mout wordt daarna vermengd met water en de zetmeelrijke ingrediënten maïs en rogge. Het verkregen mengsel wordt vervolgens met gist vermengd. De mout-enzymen zetten zetmeel om in suikers en de gist zet de suikers om in alcohol. De alcoholrijke substantie die zo ontstaat, kun je dan destilleren.
Na de branderij gaat het proces verder in de destilleerderij. Hier krijgt de jenever zijn eigen smaak en karakter. De moutwijn wordt hier namelijk door de distillateur verwerkt volgens eigen receptuur. Door vermenging van moutwijn, jeneverbessen en kruiden als karwij, koriander en sint-janskruid tijdens de distillatie, ontstaan verschillende jenevers. Eventueel kan de jenever ook nog een aantal maanden of jaren rijpen in houten vaten.
Jonge jenever of oude jenever
Wanneer je het hebt over jonge of oude jenever, praat je niet over de leeftijd van de drank. Het gaat hier om jenever volgens oud of nieuw recept. Aan het einde van de 19e eeuw werd het mogelijk om door kolomdistillatie zuivere ethylalcohol (ethanol) te verkrijgen. Voor de productie van jenever werd vanaf dat moment steeds vaker deze neutrale alcohol gebruikt in plaats van moutwijn. Dit is weliswaar goedkoper, maar levert geen bijdrage aan de smaak.
Het verschil tussen jonge en oude jenever zit hem in de hoeveelheid moutwijn die is gebruikt. Voor jonge jenever geldt dat er maximaal 15% moutwijn in mag zitten. Voor oude jenever is dat minimaal 15%. Zit er minimaal 51% moutwijn in, dan noem je het korenwijn.
Heb je het over jenever die voor enkele jaren op eikenhouten vaten heeft gelegen, dan spreek je over gelagerde jenever. De jenever ligt minimaal 2 jaar op vat en kan tot wel 21 jaar blijven liggen. Hoe ouder de gelagerde jenever, hoe aromatischer en zachter de smaak. De houttonen beïnvloeden zowel de kleur als de smaak. Hoe langer het ligt, hoe donkerder bruin de kleur van de jenever is.
Gelagerde jenever kun je het beste vergelijken met whisky of cognac. Je drinkt dit ook straight, zonder ijs. De aroma’s komen het beste tot z’n recht op kamertemperatuur.
De jonge jenever en oude jenever die niet op vaten heeft gelegen, kun je het beste vergelijken met gin. Het is doorzichtig of licht van kleur en heeft een frisse smaak door de jeneverbes. Je drink het puur of verwerkt het in een cocktail.
Hoe is jenever ontstaan?
Jenever – vroeger ook wel genever – werd in het begin als medicijn gebruikt, maar werd al snel populair als borrel.
Genever is een eeuwenoud Hollands product. Tijdens de Gouden Eeuw was Amsterdam een belangrijke Europese doorvoerhaven en er was een overvloed aan kruiden en specerijen. Dit maakte de stad Amsterdam een paradijs voor stokers. Amsterdamse distillateurs produceerden als eersten moutwijnen uit graan. Met nieuwe ingrediënten – zoals de jeneverbes – maakten zij deze sterke drank steeds lekkerder. Zo groeide genever in de 17e eeuw uit tot een populaire borrel.
Slijterij de Vreng en jenever
Voor de Tweede Wereldoorlog werd er flink wat jenever gestookt en gedronken. Tijdens de oorlog kwam de productie stil te liggen. Toen alles weer een beetje op gang kwam, werd er eigenlijk vooral jonge jenever geproduceerd. Dit werd razend populair omdat het goedkoop was. De kwaliteit kwam het niet ten goede. Deze werd steeds slechter en leek meer op alcohol met water.
Bij Slijterij de Vreng kregen ze rond de jaren 70 een idee. Zij kochten wat houten vaten – een stuk of 6 – die zij in de kelder van de slijterij plaatsten. Het waren whisky- en cognacvaten en nog 2 van nieuw eiken. Deze vulden ze met echte moutwijn jenever en lieten dit een aantal jaar rijpen. Zo ontstonden de gelagerde jenevers. De verkoop ging best aardig. Tot er in 1980 een jenevertest werd gedaan door een krant. De jenevers van de Vreng kwamen als beste uit de test en dit zorgde ervoor dat de jenevers enorm populair werden en de verkoop enorm steeg.
Ook benieuwd naar de gelagerde jenevers? We verkopen verschillende soorten, aan jou de keus!